1. Industriële clusters aan de kust
Vier van de vijf grote industriële clusters waar groene waterstof geconsumeerd moet gaan worden liggen aan de kust (Eemshaven, IJmuiden, Rotterdam, Zeeland). In deze clusters komt al veel elektriciteit van windparken op zee aan, in 2023 kan er tot 4,5 GW geïnstalleerd zijn. In 2031 zal er in totaal ongeveer 21,7 GW wind op zee in Nederland zijn. Dat betekent dat er grote hoeveelheden duurzame elektriciteit beschikbaar zijn in de industriële cluster. Elektrolysers kunnen deze elektriciteit gebruiken om groene waterstof te produceren. Bovendien spelen deze elektrolysers binnen de industriële clusters een belangrijke rol voor het Nederlandse energiesysteem. De installaties kunnen namelijk overschotten in elektriciteitsproductie opvangen en omzetten in groene energie.
2. Bestaande waterstofconsumptie
Nederland was in 2019 één van de eerste landen die een groene waterstof doelstelling presenteerde. Inmiddels hebben landen als Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk dit voorbeeld gevolgd. Nederland is om verschillende redenen uitstekend gepositioneerd om een van de koplopers van groene waterstof te worden in Europa.
Nederland heeft een groot potentieel om hernieuwbare elektriciteit op te wekken, met name met wind op zee. Zo heeft de overheid recent aangegeven tot 50 GW in 2040 en 70 GW in 2050 wind op zee capaciteit in de Noordzee te willen realiseren. In 2031 zal er 21.7 GW gerealiseerd zijn. Dat betekent dat er daarna nog veel meer hernieuwbare elektriciteit bij zal komen in de aankomende jaren. Een substantieel deel van die elektriciteit kan gebruikt worden voor de productie van groene waterstof.
Naast de doelstelling om 3 tot 4 GW aan elektrolyse- capaciteit gerealiseerd te hebben in 2030 voorziet Nederland een snelle uitbouw van wind op zee, nodig om elektrolysers van duurzame elektriciteit te voorzien.
3. Doelstellingen voor waterstof en wind op zee
In industriële clusters als Rotterdam en Zeeland is er al een grote consumptie van fossiele waterstof. Deze bestaande vraag naar waterstof betekent dat er een groot CO2-reductiepotentieel is, door de bestaande waterstof te vervangen met groene waterstof. Bovendien kunnen partijen die nu al waterstof gebruiken gemakkelijker de overstap maken naar groene waterstof, aangezien zij grotendeels al over de benodigde infrastructuur beschikken. Het zijn juist die partijen die kunnen zorgen voor de afname van de eerste grootschalige elektrolyse installaties en daarmee bijdragen aan een snellere opschaling van de beschikbaarheid van groene waterstof.
4. Een groot gasnetwerk
Een deel van het bestaande nationale gasnetwerk kan door Gasunie relatief eenvoudig worden geconverteerd naar een waterstofnetwerk. Dan kunnen we groene waterstof transporteren tussen centrale locaties aan de kust waar elektrolysers worden gebouwd en afnemers binnen industriële clusters. Dit helpt om op middellange termijn toe te werken naar transport van grootschalige volumes waterstof. Zodra ook de verbinding met opslagfaciliteiten voor waterstof is gerealiseerd zal het in grotere mate mogelijk worden om doorlopend waterstof te leveren aan industriële partijen.